Wednesday 21 September 2016

Een paar resultaten van schol // Some plaice results



Aangezien beide schepen de boomkorsurvey hebben afgerond is het mogelijk om een eerste overzicht te geven van de scholverdeling tijdens de survey. In figuur 1 staat het aantal gevangen schollen per station. Grotere cirkels staan voor meer schol. Het is duidelijk dat verder van de kust minder schollen per trek gevangen worden.
As both ships have finished their respective beam trawl survey, it's possible to give a quick overview of the plaice distribution. Although not in exact numbers, figure 1 shows the density of plaice at the stations (larger circles=more specimens). It is clear that further offshore the numbers of plaice in the catch are lower than nearshore.


Figuur 1 // Figure 1
De kleinste schol gemeten tijdens de boomkorsurvey (Isis en Tridens gezamenlijk) was 10 cm, de grootste 56 cm. De gemiddelde lengte was 26 cm. Hieronder staat de gemiddelde lengte per station (grotere cirkels=grotere vis). Het is duidelijk te zien dat de grotere schol zich verder van de kust af en vaak naar dieper water begeeft dan de kleine schol.
The smallest plaice measured was 10 cm, the largest 56. The mean length was 26 cm. Below, the average length of plaice at each station (larger circles=larger fish). Figure 2 shows that the larger plaice lives further offshore than the smaller plaice.
Figuur 2 // Figure 2
Alhoewel we niet alle schollen individueel wegen, kan de lengteverdeling gecombineerd met de aantallen wel worden omgezet in biomassa. Hiervoor gebruiken we een standaard lengte-gewichtrelatie die op basis van werkelijke waarnemingen is bepaald. Op deze manier is er ook een biomassaverdeling -de kilo's schol per uur per station- te maken van schol in de survey (figuur 3).
Although not all plaice has been weighed individually, length-frequency distributions can be transposed into weigth by using a standard length-weight relationship. Figure 3 shows the total weight of plaice per hour per station.
Figuur 3 // Figure 3








Friday 16 September 2016

Het werk is gedaan // Mission accomplished

Gisteren kwam de Tridens een dag eerder dan oorspronkelijk gepland binnen in Scheveningen. We hebben nergens vertraging opgelopen omdat het weer mooi was en we geen schade hebben opgelopen. De survey is voorbij, het werk is af. Maar is dat wel zo? Nee. De otolieten moeten bewerkt worden om de leeftijden van de vis te kunnen bepalen, de leeftijden van ongeveer 2000 schollen en 750 tongen (Isis en Tridens opgeteld) moeten bepaald worden, de gegevens gecontroleerd en in de database geïmporteerd. Daarna worden op basis van de lengteverdelingen in de vangst en de leeftijdsstructuur de hoeveelheden schol/tong per leeftijdsklasse bepaald. Deze informatie wordt gebruikt in het zogeheten internationale update assessment waarbij tussentijds wordt gekeken of de gegevens uit het assessment dat in mei is uitgevoerd in lijn zijn met de surveygegevens van 2016. Dit alles moet voor 10 oktober klaar zijn. Kortom, er moet nog wel wat gebeuren de komende tijd.
Voor de andere soorten is de druk minder hoog, die gegevens worden volgend voorjaar gebruikt voor de bestandschattingen.

Yesterday RV Tridens arrived back in Schevingen. Due to four weeks of beautiful weather and no other delays we managed to finish the work one day early. The survey is over, the work done. Is it? Actually not. A lot of work still has to happen. Of course, we managed to sample all stations, sorted the catches, measured fis, collected otoliths, entered the information in the computer and brought data and otoliths back home. Now it's up to the people preparing the otoliths, and to the otolith readers to analyse the age of about 2000 plaice  and 750 sole (Isis and Tridens together). The data are going to be quality checked and imported in the database.
Based on the length distribution form the catches and age structure the relative amount of plaice and sole per age group is calculated. This information will be used in the international update assessment for plaice and sole -and that should be ready by 10 October.
For the other species the age determination will happen later this year or in the first quarter of next year as the information is needed in spring 2017.

Friday 9 September 2016

Team work

Werken op zee is werken als team. De hele dag zet iedereen zich in om het werk gedaan te krijgen. Samenwerking tussen de bemanning en onderzoekers is daarbij van groot belang: op de brug bekijken we gezamenlijk waar we gaan vissen, de machinisten helpen ons wanneer we technische problemen hebben en aan dek worden de netten onderhouden en deze mannen steken een helpende hand uit bij het verwerken van de vangst. Daarnaast heeft iedereen zijn eigen taak om het schip draaiend te houden.
Afgelopen vrijdag werd het belang van goed teamwerk heel duidelijk. We hadden een grote plaat staal in het bakboordnet opgevist die de bovenpees had doorgesneden. De plaat belandde in de wekkers en viel er vervolgens uit toen we het net verder boven haalden. De bemanning op dek besloot hun avondmaaltijd uit te stellen en eerst het net te repareren zodat we onze vijfde en laatste trek van de dag konden uitvoeren alsof er niets gebeurd was.
Voor de survey is het op zich geen probleem als één van de netten schade oploopt; we gebruiken de vangst van één van de netten (in principe stuurboord) ten behoeve van het onderzoek.

Het bakboordnet zoals het er uit zou moeten zien //
Port side net as it should be
Working at sea means working in a team. From the start till the end of the day, the ship is organised around the work to be done. The ship's crew and the scientific work together to get everything done in the best way possible: at the bridge, we discuss together where to fish, the enigineers help us out when we have technical problems and the deck crew maintains the nets, checks for irregulatrities and lends a hand during catch processing. On top of that, all subteams of course have their own regular tasks to keep the ship going.
Last Friday, it became again clear that good team work is crucial to fulfill the survey. Our net on portside was damaged due to a large metal plate that ripped the headline before it got stuck in the chains, and fell out when hauling the net. The deck crew decided to skip dinner to repair the net, and so we were able to do our last haul of the week as if nothing had happened.
The damaged net did not affect the survey results as we only use the catch of one side (normally starboard) for the index calculation. 
Het net nadat de stalen plaat erdoorheen was gegaan //
The net after the encounter with the steel plate




Meer onderzoek op zee // More research at sea

Zoals al in de eerste blog van 2016 aangegeven, is de Tridens niet het enige schip dat bezig is met de Nederlandse boomkorsurvey. De Isis de afgelopen vijf weken in touw geweest voor dit onderzoek. Vandaag hebben ze daar aan boord de survey goed afgerond. Alle geplande trekken zijn uitgevoerd. Dat is allereerst fijn voor iedereen die aan boord was en is goed voor de kwaliteit van de informatie die verder gebruikt gaat worden. Dank aan de bemanning van de Isis en aan Ronald, Betty, Maarten en Hanz.
Vorige week lagen de Isis en de Tridens vlakbij elkaar te vissen in twee van de overlappende gebieden van de survey (zie foto).

As mentioned in the first 2016 weblog, RV Tridens is not the only vessel carrying out the Dutch beam trawl survey. On board RV Isis vessel crew and researchers Ronald, Betty, Maarten and Hanz worked hard to get all stations covered, and they managed.
Last week RV Isis and RV Tridens fished close by in one of the overlapping areas (see picture).
Isis op zee, 1 september 2016 //
Isis at sea, 1 September 2016 (foto: Sieto Verver)
Tot 1996 voerde de Tridens in deze tijd van het jaar een gedeelte van de International bottom trawl survey (IBTS) uit. Om het gebied waarin informatie over schol en tong uit te breiden, is destijds besloten om de survey om te vormen tot de huidige boomkorsurvey. Op deze manier is het mogelijk-in combinatie met de Isis bemonstering (sinds 1985)- een Noordzeedekkend beeld te schetsen van de ontwikkeling van schol en tong. Andere landen voeren nog steeds de IBTS uit op dit moment. Afgelopen dinsdagochtend visten we daarom in de mist vlak naast de Cefas Endeavour, het Engelse onderzoeksschip. Ook in het eerste kwartaal wordt de IBTS uitgevoerd; dan doet Nederland wel mee.
Until 1996, in this time of year RV Tridens joined the International bottom trawl survey (IBTS) in the North Sea. To increase information on plaice and sole in the areas outside the region sampled by RV Isis since 1985, it was decided to turn the bottom trawl survey into a beam trawl survey. The IBTS in the North Sea is still carried out in the third quarter by a number of countries. We happened to fish next to Cefas Endeavour, the English research vessel, on a foggy morning last Tuesday (see picture). The IBTS is also carried out in the first quarter and in this period the Netherlands joins too.
Cefas Endevour in de mist //
Cefas Endeavour in the mist

Wednesday 7 September 2016

Krabben en (heremiet)kreeften //(Hermit)crabs

Wanneer je van bovenaf naar de Noordzee kijkt, ziet deze er uit als een bak met water. Zonder te gaan duiken of te vissen is het moeilijk om een idee te krijgen wat er op de bodem leeft. Sommige mensen hebben ons gevraagd of er ook grote krabben in de Noordzee leven. Ja, die zijn er. Allereerst de Noordzeekrab (Cancer pagurus), die je ook wel bij de visboer kunt aantreffen. Daarnaast vingen wij afgelopen week op de noordelijker stations van de survey de Augustinuskrab (Lithodes maja, foto).
When looking at the North Sea from above, it seems to be a water mass. Without diving or throwing out a net, it is hard to get an idea of the creatures living at the bottom. Some people ask if there are any large crabs living in the North Sea. Well, there are some. The edible crab (Cancer pagurus) is the most widely known, but also larger crab species live there. The picture shows Lithodes maja, caught last week on one of our northerly stations.
Lithodes maja


Daarnaast vangen we bijna iedere trek heremietkreeften die -in tegenstelling tot andere krabben en kreeften- een week achterlijf hebben en een onbewoonde schelp zoeken om het achterlijf mee te beschermen. Wanneer de schelp te klein is zoeken ze een grotere.
Furthermore, almost every haul we catch hermit crabs. Their abdomen is weak so they use empty shells as protection. Once the shell they're living in gets too small, they find a larger one.
Heremietkreeft (Pagurus pubescens) zonder schelp//
Pagurus pubescens without shell
Alle soorten heremietkreeften hebben een week achterlijf en vertonen hetzelfde gedrag. In de afgelopen weken hebben we vier verschillende soorten heremietkreeften gevangen, die vooral aan hun scharen goed te onderscheiden zijn. Tot nog toe hebben we Pagurus bernhardus, P. pubescens, Anapagurus laevis en Pagurus prideaux gevangen.
This behaviour applies to all hermit crab species. During the survey, we caught four different species of hermit crabs. The main differences are in the chela. Over the last weeks, we caught Pagurus bernhardus, P. pubescens, Anapagurus laevis and Pagurus prideaux.
Pagurus bernhardus in schelp (links) en P. pubescens zonder schelp (rechts)//
Pagurus bernhardus with shell (left) and P. pubescens without shell (right)













Sunday 4 September 2016

Verschillen in soortenrijkdom en aantallen//Differences in species richness and numbers

De samenstelling van de vangst wisselt per trek. Aan de ene kant komt dat door de hoeveelheid vangst (en dus: het aantal exemplaren dat we moeten verwerken), aan de andere kant verschilt het aantal verschillende soorten (soortenrijkdom) per trek. In de afgelopen weken was het minimum aantal soorten in een trek 29 (13 vissoorten en 16 benthossoorten), het maximum was 71 (28 vissoorten en 43 benthossoorten).
The catch composition during this survey varies with the areas visited. On one hand, the catch size (and so: the number of specimens) is variable, and on the other hand the number of species (and so: diversity) differs between hauls. Over the past two weeks, the minimum number of species in a haul was 29 (13 fish and 16 invertebrate species), the maximum number of species 71 (28 fish and 43 invertebrate species).
aantal soorten per station (geschaald naar gemiddeld aantal soorten) //
number of species per station(scaled to mean no of species)
Het maximum aantal exemplaren in een vangst voor een soort was 31488 kamsterren. Die hebben we niet allemaal individueel geteld. Bij grote vangsten nemen we een representatief deel (subsample) van de vangst. Voor benthos zoeken we -afhankelijk van de grootte van de exemplaren en de diversiteit in soorten- 0.5 tot 1 vismand uit. De vissen sorteren we aan boord van de Tridens volledig omdat we daarvoor voldoende ruimte en mankracht (5-6 personen) hebben. Aan boord van de Isis (2 personen) wordt de kleine vis net zoals het benthos verwerkt.
Het maximum aantal vissen in één trek voor één soort was 1454 (schar). In deze situaties meten we een subsample (minimaal 50 exemplaren) van de soort. Wanneer er veel verschillende lengteklasses van de soort aanwezig zijn meten we meer dan 50 exemplaren om te zorgen dat de diversiteit in lengtes goed weerspiegeld wordt.
The maximum number for a single species was 31488 Astropecten irregularis. Of course, we did not count them all individually. When many specimens are present in the catch, we take a representative subsample. For invertebrates we try to fully sort 0.5 to 1 fishing basket (depending on the size of the invertebrates and homogeneity of the catch), for fish we sort to the species before subsampling on board Tridens as we've got sufficient room and manpower (5-6 people) to do so. On board Isis (2 persons) smaller fish ends up together with the invertebrates to be able to get the work done.
The maximum number of fish was 1454 Dab (Limanda limanda) at a station. In those cases, after sorting the catch we measure a subsample of min. 50 specimens to apply for a representative length frequency distribution. When the length range is wide, we take a larger subsample.

aantal exemplaren per station (geschaald naar mediaan aantal) //
number of specimens per station (scaled to median number)