Friday, 7 August 2020

Mossels en wulken//Mussels and whelks

De vangsten blijven de laatste twee dagen vrijwel hetzelfde, we zien vooral meer kleine schol en schar en veel kamsterren en zeesterren. Zo nu en dan komt er nog wel eens wat voorbij wat we minder vaak zien, zoals de gewone paardenmossel. Enkele van ons hadden deze grote mosselsoort nog niet eerder gezien. En deze mossels kunnen tot wel 22 cm groot worden!

Over the last two days the catch composition has not changed much: mainly dab, plaice and a lot of sand sea stars and common sea stars. Every now and then a species pops up that some of us don’t see that often. In this case the Northern horse mussel, that can grow up to 22 cm.

Een gedeelte van de gesorteerde vangst (op de voorgrond schol)//Part of the sorted catch (up front Plaice)

Paardenmossel//Northern horse mussel (Modiolus modiolus)


Daarnaast hadden we ook een vangst met drie soorten grote huisjesslakken: wulk (Buccinum undatum), noordhoorn (Neptunea antiqua) en slanke noordhoorn (Colus gracilis). Onderscheid tussen deze soorten slakken wordt bepaald door de unieke kenmerken van de schelp. Zo heeft een wulk grove dwarsribben over de windingen van zijn schelp lopen en een Noordhoren niet (hiervan zijn de windingen glad). Daarnaast is de binnenkant van de schelpopening van de noordhoren vaak geel-oranje  van kleur en die van de wulk niet. Voor vissers is het belangrijk om de soorten goed te kunnen onderscheiden aangezien wulk eetbaar is en noordhoorn giftig.

Besides these incidental encounters, we also had three species of large gastropods in yesterday’s catch. The common whelk (Buccinum undatum), red whelk (Neptunea antiqua) and the Colus gracilis. The difference between these species of gastropods is determined by the unique characteristics of the shell. The shell of the common whelk has costae, which the red whelk has not (it has a smooth surface apart from spiral striae). The opening of the shell of a Red whelk is yellowish-orange. The shell opening of the common whelk is white. For fishers, knowing the difference is crucial, as the common whelk is edible and red whelk is venomous.

Van boven naar beneden: slanke noordhoorn, wulk en noordhoorn//Top to bottom: Colus gracilis, Buccinum undatum, Neptunea antiqua

Maar hoe zie je dan het verschil tussen de gewone noordhoren en de slanke noordhoren? Slanke noordhorens zijn (zoals de naam eigenlijk al verklapt) wat slanker in verhouding tot de noordhoren. De windingen zijn niet of slechts een klein beetje bol. Ze hebben vaak een wittige/creme kleur en worden tot 9 cm groot. Op de schelp zit een schilferige bruine laag die makkelijk loslaat. En de schelpopening van een slanke noordhoren is vrijwel wit, terwijl die van de gewone noordhoren vaak oranje bruin is.

But how do you tell the difference between the red whelk and Colus gracilis? Colus gracilis is slimmer than the red whelk, the whorls are almost flat-sided or only slightly tumid. And its shell has a periostracum that flakes easily. They can grow up to 9 cm, whereas the red whelk can grow up to 20 cm. The shell opening of Colus gracilis is mainly white, whereas the red whelk has an yellowish-orange coloration.


No comments:

Post a Comment